Dinsdag 26 juli (4):
Fietsreizigers Gefietst: 99 km (totaal 180)
Het was een enerverende dag. En nacht eigenlijk ook. De buurman, die
DJ, bleef tot zeker twee uur buiten zitten, samen met zijn twee
vrouwen die giechelden voor vier. Achter mij lag het Chinese leger
te snurken en dat alles deed me besluiten om de oordoppen maar in te
doen. Dat ging goed tot een uur of zes. In het gebouw naast de
camping gaat dan een autoalarm af en er komt niemand om het uit te
doen. Om zeven uur gaan we er maar uit. Er is al veel leven op de
camping. De Chinezen staan te badmintonnen en de DJ bereidt zich
voor op weer een dagje draaien. Als ik de tent inpak begint het weer
te drizzelen, maar dat is gelukkig de enige regen die we vandaag
zien. We ontbijten bij een picknickbank op de camping en fietsen dan
weg. Langzaam wordt het geluid van het autoalarm minder als we de
eerste helling omhoog fietsen.
En hellingen omhoog fietsen doen we veel vandaag. Want het gaat de
hele dag op en neer, heel erg vermoeiend en we worden er gedurende
de dag soms ook wel een beetje moedeloos van. We zullen er wel aan
moeten wennen.
Maar onderweg zijn er ook veel leuke dingen. We fietsen even langs
Avondale house maar dat stelt niet veel voor. En daarna komen we bij
'The meeting of the waters". Op deze plek komen twee riviertjes bij
elkaar en dit heeft de dichter Thomas Moore geďnspireerd tot de
volgende woorden:
There is not in the wide world a valley so sweet
As that vale
in whose bosom the bright waters meet
Oh, the last
rays of feeling and life must depart
Ere the
bloom of that valley shall fade from my heart
Het is inderdaad een mooi plekje en omdat we zo vroeg zijn, is er
verder niemand. Er ligt ook een cache die we snel vinden en er is
een “Ballaun Stone”. Dat is een steen met een natuurlijk uitgeholde
kom. Saskia voelt er ook nog positieve energie, dus het is helemaal
goed daar. Met spijt in het hart gaan we weg, ook omdat de weg
daarna weer steil omhoog gaat.
Een stukje verder komen we in
Aughrim. Dat is al jaren het schoonste
dorpje van Ierland maar dat kan ook gemakkelijk want de meeste Ieren
gooien, volgens mij, alles op straat. Hier is het in elk geval
heerlijk schoon en we genieten van een koffie langs het water.
Daarna gaat het verder en door het vele klimmen gaat het
verschrikkelijk langzaam. Als we klimmen in de laagste versnelling,
fietsen we maar zes kilometer per uur. En dat schiet niet echt op.
Om twaalf uur hebben we nog maar 23 kilometer gedaan. En we moeten
er 89 vandaag. Moeten? Ja, we moeten want ik heb een
MacMurrough
Farm Hostel geboekt en ik vind het lullig om daar niet op te komen
dagen. Als ik extrapoleer, dan komen we daar na negenen aan. Best
laat.
Gelukkig volgt er een redelijk vlak stuk waardoor we wat kilometers
kunnen maken. Ze verdubbelen we onze afstand in anderhalf uur. Maar
daarna begint het klimmen en dalen weer. Het wordt toch nog laat.
Het landschap maakt veel goed. Omdat we hoger komen zijn de
uitzichten prachtig. Het is inmiddels volop zon, dus dat zit ook
goed. Maar het wordt wel steeds later en later. Ook omdat we nog
twee andere caches doen en natuurlijk regelmatig pauzeren. Want
anders is het helemaal niet vol te houden.
Uiteindelijk komen we tegen zevenen in de buurt van het hostel.
Thuis heb ik geprobeerd het hostel te lokaliseren. Dat brengt ons op
een plek waar het hostel niet is. Ik vraag het aan een jongen. Die
stuurt me de verkeerde kant op. Gelukkig merkt Saskia dat met haar
mensenkennis. We vragen iemand anders en die stuurt ons een
steenslag pad op. Hier staat ook een bordje met de naam van het
hostel. Het blijkt aan het einde van een steenslagpad in "The middle
of nowhere" te liggen. Een prachtig plekje maar beide zijn we wel
ontzettend moe. We komen op 99 kilometer voor vandaag. Dat maakt van
ons meer fietsreizigers dan vakantiegangers.
Het hostel bestaat uit een paar huisjes bij een boerderij. We
betalen € 40 voor onze kamer met eigen douche en toilet. Ontbijt zit
er niet bij maar de vrouw des huizes gaat apart nog even wat voor
ons halen. We hadden op ontbijt gerekend en hebben niets meegenomen.
Om ons morgenochtend te laten verhongeren wil ze ons niet aandoen.
We hebben een biertje en een cider meegenomen en die drinken we
buiten, in de zon, in het gezelschap van een Franse fietsster op.
Daarna maken we ons eten. Het is een pasta opwarm maaltijd met een
saus van gehakt en champignons. Bah, ook dat nog.
Klik op een foto hieronder om hem groter te zien. Je kunt daarna bladeren met de pijtjestoetsen
|