Opstaan
is een heel ritueel voor mij. Sinds mijn rug zich onafhankelijk heeft
verklaard blijft het schipperen. In het begin van de vakantie besloot de
nek zich te distantiëren van de schouders. Die laatste twee leefden al
op gespannen voet. Al met al is het een heel geregel om het zooitje in
het gareel te houden. Dit betekent voorzichtig draaien en niet al te
abrupt opstaan. Een paar oefeningen om de zaak in beweging te krijgen en
vooral een warme douche om de spieren op te starten. Het blijft een
wankel evenwicht. Een verkeerde beweging en de vlam schiet in de pan. Al
het gebuk met het opruimen van de tent helpt ook niet mee. Het scheelt
dat het fietsen wel goed voelt. Daarmee 'smeer' ik de rug zodat het in
de loop van de dag beter voelt.
We hebben prima geslapen met op de achtergrond het geruis van de drie
rivieren (Ognon, de Doubs en de Loue) die hier samenkomen. Het is een
paar graden warmer dan gisterenochtend maar de tent is nog wel erg nat.
Alhoewel het strak blauw is, heeft de ochtendzon niet voldoende kracht
om hem te drogen.
Het is even wennen aan het nieuwe boekje. De kaartjes hebben een iets
andere kleurstelling en de schaal is ook anders. Het landschap bevat
veel bos, grasvelden en maïs. En een enkele keer wat druivenranken. Je
merkt dat het hier minder droog is dan in het zuiden doordat er veel
meer begroeiing en bomen zijn. Bossen zijn cool. Het is al weer
behoorlijk warm en de schaduw van de bossen is erg welkom. De dorpjes
waar we doorheen komen zijn rijker dan in het zuiden. Grotere huizen en
in betere toestand. Karakteristiek zijn de wasplaatsen in elk dorp. Ze
worden niet meer als zodanig gebruikt maar ze hebben er vaak wat moois
van gemaakt met bloemen. In een van de wasplaatsen van Avrigney-Virey
zitten twee visjes. Ze proberen zich voor ons te verschuilen in de
modder want ze kunnen geen kant op. Eerst moet het water hoger komen en
dan kunnen ze naar een andere bak.
De velden kenmerken zich doordat er overal rollen liggen. Met gras en
met stro. We hebben geconstateerd dat het esthetisch mooier is om rollen
te hebben dan blokken. Gelukkig zie je weinig blokken meer dus we worden
continu visueel gestreeld.
In Gy stuiten we ineens op een super. We hebben eigenlijk (nog) niets
nodig maar ik ga toch even kijken of ze gas hebben. Helaas, maar ik
scoor wel nog tandpasta, koffiemelk en thee. We zijn nog niet eerder met
zo weinig boodschappen uit een winkel gekomen.
In een weide die nog niet in rollen is verwerkt maken we een koffie en
eten het taartje van de dag. De brander heb ik wat aangepast en hij
lijkt het weer te doen. We stallen alle natte spullen uit om te drogen
want het is alweer behoorlijk heet. Zeker tegen de 30 graden.
Halverwege de dag komen we bij de rivier de Saône. Daar loopt een
jaagpad langs en dat is prachtig fietsen. In de Saône hebben ze zelfs
een tunnel gebouwd voor bootjes. Maar eerst nemen we een pauze in de
schaduw. We maken een soepje en wat broodjes. Het is druk met
bootjesvolk dat langs komt varen. Na een uurtje pakken we op en fietsen
verder. Het is een mooi pad met lommerrijke bomen. Deze brengt ons
uiteindelijk in Port-sur-Saône waar de camping is. Die ligt iets buiten
het dorp maar aangezien dit het episch centrum is van de watersporter
hier, hoop ik een geschikt blikje gas te vinden. Hiervoor fiets ik even
het dorp door. De drukke D3 loopt dwars door het dorp en er rijden veel
vrachtwagens. Toch zie ik dat er hier weinig te halen valt. Vergane
glorie en veel dichtgetimmerde winkels. Eigenlijk net als vele andere
dorpjes waar de leegloop hoogtij viert.
Dan maar naar de camping. We kunnen hem niet meteen vinden en vragen het
aan een paar mensen die duidelijk Nederlands zijn. Sterker, we horen ze
Nederlands praten. Maar ze moeten zich zo nodig als Fransen voordoen en
geven met een gebrekkig taalgevoel aan dat hier geen camping is. Erg
flauw.
De camping is een klein stukje verderop. We zijn gespannen want volgens
het boekje heeft het 'voorbeeldige sanitaire voorzieningen'. Maar als we
ervoor staan, vraag ik me af of we goed zijn. Het ziet er wat verlopen
uit en de schijnbare beheerder, met een BMI index in de rode zone, helpt
hier ook niet aan mee. Maar het is hem echt en er is weinig keus, dus we
nemen een plekje. We krijgen een groen grasveldje maar op sanitair
gebied is het echt een derde wereld camping. Waarschijnlijk is de maker
van het boekje teveel gefêteerd toen hij op bezoek was.
Onderweg hebben we een fles bubbeltjesrosé gekocht. Die drinkt als
limonade maar je wordt er wel dronken van. Jammer is wel dat we
eindelijk een kurkentrekker gekocht hebben maar hem bij deze fles niet
hoeven te gebruiken. Tegen de avond warm ik de paella op en Saskia maakt
een heerlijke salade met meloen, vis in mayo-saus en sla. De paella
hebben we vanmiddag als diepvries gekocht en die houdt gedurende de dag
de koelkast koud. Het smaakt goed en met een toetje en koffie hebben we
de pens weer vol. Niet zo vol als de beheerder maar we komen in de
richting. Morgen hebben we, als het goed is, een korte route dus we gaan
zo nog even naar de kroeg buiten de camping. In de verte dondert het. We
hadden vanmiddag al een paar druppels, dus ik ben benieuwd wat het
morgen wordt.
Klik op een foto hieronder om hem groter te zien. Je kunt daarna
bladeren met de pijtjestoetsen